Hengelsportvereniging De Reâfin uit Appelscha heeft de wind goed in de zeilen. In 2010 kon het 500ste lid worden ingeschreven en momenteel is het ledental hard op weg naar de 600 leden, aldus Wietze Hoogeveen, secretaris van de Reâfin.
Jong en oud melden zich tegenwoordig aan voor een VISpas.
Toen afgelopen zomer zich een nieuw lid meldde op bijna 91 jarige leeftijd was dat een reden voor de Reâfin om het jongste lid en het oudste lid eens bij elkaar te brengen en van hen te horen waarom zij sportvissen zo leuk vinden.
7 jaar
Te beginnen met het jongste lid. Zijn naam is Damian Wierenga en woont aan de Vaart NZ in Appelscha. Damian is pas 7 jaar en heeft sinds april van dit jaar een Jeugdvergunning. Het vissen zit bij Damian in de genen. Hij komt uit een echte hengelsportfamilie en gaat dan ook regelmatig met zijn vader en opa te vissen. Hij vist soms met een werphengel ,maar vaker met een vaste hengel. Een foto laat zien dat Damian ook het snoekvissen aardig onder de knie heeft. Bij de brug in Ravenswoud ving hij een snoek met maden als aas.
Damian zit op de basisschool in groep 4 en voetbalt bij Stânfries in F2.
91 jaarHet oudste lid betreft de heer Willem Wieling. Hij heeft zich afgelopen zomer als lid aangemeld op 90-jarige leeftijd. Inmiddels is de heer Wieling 91 jaar. Nadat hij een aantal bestuurlijke functies had opgezegd wou hij zijn oude hobby sportvissen weer oppakken. Vroeger heeft hij veel in de omgeving van Appelscha gevist want de heer Wieling is in de Willemstad geboren. Zo’n 18 jaar geleden had hij voor het laatst gevist en dat betekent dat er eerst weer een hengel, leefnet en een schepnet aangeschaft moest worden en voor slecht weer een poncho tegen de regen. Zijn oude spullen had hij achtergelaten in Veenhuizen waar de heer Wieling heeft gewoond. Op een vraag van Hoogeveen of hij deze zomer nog diverse keren heeft gevist antwoordt Wieling dat hij ondermeer in de Eerste Wijk nog een paar dikke brasems heeft gevangen. Maar ook middagen dat er niets voorbij kwam en het bevreemdt hem dan ook dat het de ene keer flink wil bijten en een andere keer helemaal niet. Vroeger ging hij wel eens naar de Dwingelderstroom en daar heeft hij een keer een karper gevangen die elf kilo woog. In die tijd werd de gevangen vis meestal meegenomen voor consumptie en volgens Wieling smaakte een karper heerlijk. Deze vis had weinig graat. Hij had vroeger nog meer hobby’s, maar was volgens eigen zeggen geen wedstrijdman, maar wel sportief aangelegd. Hij kon redelijk voetballen en heeft dat tot zijn 60ste volgehouden. Ook schaatsen ging hem goed af. Sportvissen vindt de heer Wieling een heerlijke ontspanning. Je zit lekker in de natuur en dat geeft een vrij gevoel.
Als Hengelsportvereniging hopen we dat deze leden nog jaren mogen genieten van hun VISpas , aldus Wietze Hoogeveen.